Interview met Hugh Harris van The Kooks

'Drama leek ons overal te volgen'

Muzieknieuws 15-05-2019 14:05

Afgelopen maart pakte de Engelse band The Kooks de AFAS Live in met hun aanstekelijke gitaarpop. Zowel het materiaal van hun debuut- en hitalbum uit 2006 als hun meest recente Let’s Go Sunshine uit 2018 ging er in als zoete koek en dat kunstje zullen ze hoogstwaarschijnlijk gaan herhalen op Pinkpop. Musicmaker blikt terug en vooruit met leadgitarist en toetsenist Hugh Harris. Wat houdt het in om een band op dat niveau draaiende te houden?

The Kooks rezen naar faam in de britpop-revival van halverwege de zeroes. In het kielzog van Arctic Monkeys was de band uit Brighton een van de vele Britse gitaarbands die schijnbaar vanuit het niets de internationale hitlijsten en festivalpodia bestormden. Zoals bij alle genre-explosies verdwijnen de meeste acts na een paar jaar weer uit het collectieve gezichtsveld en geheugen, maar dat geldt niet voor The Kooks.

Stug blijven doorgaan lijkt het devies van de band geweest te zijn tijdens de afgelopen - pak ’m beet - vijftien jaar. Hoewel er zeker werd geëxperimenteerd met sounds en muzikale invalshoeken, bleef de band vooral doen waar het goed in is: het maken van makkelijk in het gehoor liggende songs, geschoeid op de Britse leest. En hoewel de muziek niet direct associaties oproept met een gevaarlijk rock & roll-leven, de band heeft zeker geen tekort aan sores en ongeluk gehad. Interne ruzies, verslavingen, ontslagen, fysieke blessures, psychische problematiek en exploderende apparatuur. Hugh: ‘Drama leek ons overal te volgen.’

Hoe verliep de afgelopen tour? Zijn jullie deze keer zonder kleerscheuren thuisgekomen?
‘De tour verliep verrassend goed! Het is bijna niet te geloven voor ons, maar er ging gewoon niks fout. Nou ja, iemand van de crew heeft een vinger verloren tijdens een ongeluk met een heftruck. Maar die dingen kunnen altijd gebeuren.’

Hoe verklaar je het dat deze tour eindelijk meer van een leien dakje ging?
‘Ik zou bijna willen zeggen: professionaliteit. Maar daar hebben we dan ook vijftien jaar over gedaan, haha. Het heeft er vast en zeker ook mee te maken dat we wat ouder en wijzer zijn. Er zijn kinderen. We zetten allemaal wat makkelijker onze ego’s aan de kant en hebben de blik op de toekomst. Daarnaast gunde het universum ons misschien eindelijk eens een goede vaart, na al het drama van de afgelopen tours. Ik vind dat we dat wel verdiend hadden, eigenlijk.’

Herinner je nog jullie allereerste tour?
‘O zeker! Ik was nog een tiener en de band was slechts een paar maanden bij elkaar toen we een platencontract tekenden bij Virgin Records. In plaats van meteen de studio in te duiken, besloten we om eerst nog een jaar live te spelen en veel songs te schrijven. Een hele goede beslissing! We tourden in een oude Ford Transit met een koffiekophouder op het dashboard en een matrasje achterin. Onderweg keken we horrorfilms met een dvd-speler en rookten we sjekkies.’

‘Dit was nog vóór het streaming- en social-mediatijdperk en je moest gewoonweg op zo veel mogelijk plekken spelen om je muziek aan de man te brengen. Het was ook fijn dat mensen nog direct naar de band keken, in plaats van via het schermpje van hun telefoon. We speelden in de beste zalen, namelijk waar het op de gang naar oud bier stinkt en de vloeren plakkerig zijn. Ik heb fantastische herinneringen aan die eerste tour. Heerlijk hoe ongecompliceerd het nog was. Het draaide voor ons toen echt nog allemaal puur om de muziek. Wanneer je succes krijgt, komt er opeens ook veel bullshit om de hoek kijken.’

The Kooks in AFAS Live. (Foto: Anne-Marie Kok)

Heb je vóór jullie doorbraken bijbaantjes gehad?
‘Ik werkte bij een koffietentje bij mijn ouderlijk huis om de hoek. De eigenaar ervan behandelde me altijd als een slaafje. In de week dat we het platencontract zouden tekenen, was ik aan het werk en hij instrueerde me op een neerbuigende manier dat ik melk moest gaan halen. Omdat ik wist dat ik een tijdlang alleen maar muziek zou hoeven maken, dacht ik: fuck it. Ik gooide m’n schort af, zei simpelweg “nee” en ben de deur uit gelopen. Dat voelde fantastisch.’

En heb je de afgelopen jaren tussen tours door nog iets anders gedaan dan muziek maken om in je levensonderhoud te voorzien?
‘Sinds die eerste tour heb ik het geluk gehad dat ik mijn muzikale carrière nooit hoefde te ondersteunen met een andere baan. Ik doe veel aan yoga en ben momenteel bezig met het opnemen van een eigen album, waarop ik zelf ook zing.’

Wat geniet je voorkeur: op tour of de studio in?
‘Poeh, het is zo anders! Het ene stimuleert andere delen van je hersenen dan het andere. Op het podium heb je maar één kans om een song neer te zetten. Je moet het gewoon goed reproduceren. Dat is een praktische “skill” en er is relatief weinig ruimte voor creativiteit. Wel is het natuurlijk een enorme kick om voor een fijn publiek te spelen. In de studio is er alleen maar creativiteit. Daarnaast is het gras altijd groener aan de andere kant; ik kom net van een tour en begin aan een tof nieuw studioproject. Dus verkies ik nu de studio boven live spelen, denk ik. Maar vraag het me nog maar eens als de plaat net af is…’

Hoe belangrijk is het voor jullie om het geluid van de plaat op het podium te reproduceren?
‘Tijdens de eerste repetitie spelen we de nieuwe nummers zoals ze op de plaat staan. Dan begint het puzzelen. Sommige nummers blijven overeind, maar andere vragen om een hele andere aanpak. Ons albumgeluid is niet in steen gebeiteld. Het moet een goede live-performance niet in de weg staan. Ik vind het saai als het live-geluid van een band een sonische blauwdruk is van hun platen. Over het algemeen maken wij de songs grootser en luider. We voegen meer tierelantijnen toe. Mijn gitaarspel is live meer avant-garde dan op onze albums.’

Is er dan ook een verschil tussen je tour-setup en de spullen waarmee je in de studio werkt?
‘O jazeker! Wat betreft keyboards en synths zoek ik voor optredens vooral naar alleskunners en praktische oplossingen. Ik neem bijvoorbeeld geen vintage apparaten mee op tour, zoals oude synths, mellotrons of een Rhodes. Ze zijn te kwetsbaar en de moderne vervangers klinken gewoon te goed. Zeker wanneer je ze als een onderdeel van een groter bandgeheel over de PA hoort. Qua gitaren valt het verschil wel mee. Ik gebruik veel van mijn favoriete gitaren zowel live als in de studio.’

‘Wel heb ik de afgelopen tour een flinke omwenteling gemaakt wat betreft de versterkers en effectpedalen die ik meeneem, namelijk bijna géén meer. Ik ben overgestapt op Kemper Profiling Amps, dus worden al mijn amp-sounds en effecten digitaal gemoduleerd. Dat zou voor mij een paar jaar geleden nog pure blasfemie zijn geweest; ik stond onder mijn vrienden altijd bekend als de grootste vintage-snob. Maar ik ben nu toch overstag. Ik heb het signaal dat uiteindelijk over de PA gaat en in mijn in-ears komt, heel nauwkeurig met elkaar vergeleken. Er was slechts een klein EQ-verschil, maar dat is makkelijk aan te passen. Het is daarnaast ontzettend gebruiksvriendelijk. Je neemt de studio gewoon mee op tour in een draagbaar kastje.’

Wat is je meest memorabele slechte show?
‘Oh man. Je zet me nu voor het blok, want dat zijn er veel, haha! Maar de meest sensationele is wellicht de eerste keer dat we op Ibiza speelden. We traden op tijdens een Manumission-feest, wat je kort door de bocht een halve orgie zou kunnen noemen. Voor het podium was er een troebel zwembadje en aan de zijkanten van het podium stonden strippers te dansen. Wij waren negentien jaar en vonden dat we het hélemaal gemaakt hadden. Dat veranderde echter snel toen onze gehuurde versterkers op het podium ontploften. Door hun miserabele staat en de vochtigheid in de lucht was er kortsluiting ontstaan. Er ontstond brand en met tranende ogen door de rook vluchtten wij en de strippers van het podium.’

Jullie maakten deel uit van een explosie aan succesvolle bands. Toch zijn jullie daarvan een van de weinigen die nog steeds op hoog niveau touren. Hoe komt dat, denk je?
‘We zijn door de jaren heen blijven doen wat waar we achter staan. Ik zie genoeg bands doodongelukkig op het podium staan; ze haten elkaar en de songs die ze spelen. We hebben zeker onderlinge strubbelingen gehad, maar hebben desondanks ons arbeidsethos hooggehouden en ons erdoorheen geknokt.’

Het volledige interview met The Kooks lezen en heel veel andere interessante artikelen voor muzikanten doorspitten? Bestel Musicmaker #466, juli 2019 (tot 13 juni zonder verzendkosten én zonder verplichtingen) hier! 

zoeken
zoeken