Interview: Olafur Arnalds

Over zijn studio en orkest-plugin

Muzieknieuws 17-12-2020 11:18

Hij maakte naam als filmcomponist van The Hunger Games en Broadchurch, het duo Kiasmos en met zes solo-albums en vijf EP’s. Het afgelopen jaar nam Olafur Arnalds het album Some Kind Of Peace op. Deze verstilde neo-klassieke plaat kwam mede tot stand dankzij zijn zelfontworpen compositie-software Stratus.

Van een witte kerst hoeven we in Nederland al lang niet meer te dromen. Filmcomponist, pianist en songwriter Ólafur Arnalds kent ze in IJsland als geen ander en zit juist daarom graag binnen in zijn eigen studio aan nieuwe muziek te werken.

Ólafur lag echter na een heftig auto-ongeluk een tijd lang in de ziekenboeg. En wat doet een moderne pianist met een zenuwbeschadiging aan zijn hand én een writer’s block? Dan ga je niet stilzitten in een hoekje natuurlijk... Ólafur ontwikkelde een volledig piano-systeem wat zelf partijen bedenkt en speelt! Deze noodgreep resulteerde in een samenwerking met Spitfire Audio waaruit de Stratus-plugin ontstond. Met deze inventieve piano-samples en random sequencer haal je binnen de kortste keren dromerige piano- en synthesizerpartijen uit je midi-instrument of daw en waan je je op de mystieke IJslandse bergen.

Op Some Kind Of Peace maakt Ólafur veelvuldig gebruik van de Stratus plug-in. En dat terwijl hij allang weer hersteld is van het auto-ongeluk en zijn writer’s block. Van de nood is dus definitief een deugd gemaakt.



Algoritmisch monnikenwerk
‘Het Stratus-project was aanvankelijk gericht op een liveshow, waarbij ik met één midi-controller twee zelfspelende semi-akoestische Yamaha DU1E3’s bediende. Dat project deed ik samen met Halldór Eldjárn en daar hebben we ook mee getourd. Door dat systeem kon ik meer noten en akkoordprogressies spelen dan ik ooit met één hand zou kunnen spelen. Dankzij een techniek van Halldór kon ik willekeurige ritmische en tonale sequenties triggeren met de tonen die ik invoerde op het midi-keyboard. De Stratus maakt er dan zelf verschillende patronen van die ik zelf niet had kunnen verzinnen. Ik wilde dat systeem graag vertalen naar een plug-in en Spitfire Audio zag dat erg zitten, zo ontstond dus de Stratus-plugin.’

En hoe leg je zoveel mogelijk willekeurige sequenties vast? Dat doe je door wekenlang twee zelfspelende Yamaha DU1E3 viltgedempte piano’s simultaan in je studio op te nemen en daarop een groot aantal polyritmische patronen en schema’s te spelen. ‘We namen het geluid van de piano’s op met vintage Neumann KM 83’s en Coles-microfoons en daardoor heb je een heel dynamische, menselijke klank van alle samples. Naast die twee piano’s heb ik ook mijn Korg PS-3100 en Juno-60 voor Stratus opgenomen zodat ook synthliefhebbers hun hart kunnen ophalen met de plug-in.’



Tijd voor diepgang
Het toeval wilde dat Ólafur vlak voor de coronacrisis losbarstte, een grotere studio tot zijn beschikking kreeg. ‘Mijn vorige studioruimte bevindt zich in hetzelfde gebouw als mijn nieuwe studio. Sigur Rós gebruikte de ruimte waar ik interesse in had, maar zij kwamen zelden opdagen voor repetities. Ik heb toen een balletje opgegooid en aangezien ze er toch nooit waren, kon ik de ruimte moeiteloos overnemen. Dat bleek een lot uit de loterij. Ik heb nu de mogelijkheid om tot wel tien strijkers tegelijk op te nemen. En bovenal heb ik de tijd om dat rustig te kunnen doen. Voorheen huurde ik voor strijk-arrangement het concertgebouw van Reykjavik af en moesten we in twee dagen alle nummers erop knallen. Nu heb ik de tijd en ruimte om de strijkers echt helemaal te laten wennen aan de partijen en de stukken, zodat ze die zich helemaal eigen kunnen maken.'

'Voor het nummer Woven Song hebben de strijkers volgens mij vijftig keer het nummer doorgenomen om tot de kern van de partijen te komen. Dat waren twee dagen van acht uur voor één nummer! Ik merk nu pas hoe waardevol het is om ruim de tijd te kunnen nemen tijdens de opnames en dat er geen (financiële) tijdbom tikt als je er iets langer over doet dan gepland. In sommige gevallen is tijdsdruk fijn, maar soms verlies je daardoor juist ook diepgang en kwaliteit. Ik ben extreem blij dat ik in mijn eigen studioruimte die tijd kan pakken!’

Een goede sfeer om die extra tijd door te brengen, is daarbij wel essentieel volgens Ólafur. ‘Goede koffie, veel planten, veel hout en een goede vibe zijn voor mij haast belangrijker dan de instrumenten. Je brengt veel tijd door in de studio en sessies kunnen echt lang duren. Als je een studioruimte hebt, maak hem dan zo snel mogelijk eigen. Dan hebben muzikanten ook al veel meer het idee dat ze zich los mogen gedragen. Een steriele studio nodigt niet uit om creatief in te zijn.’


Het hele interview met Olafur lezen en nog heel veel andere interessante artikelen voor muzikanten doorspitten? Bestel Musicmaker #480, januari/februari 2021 (tot 11 februari zonder verzendkosten én zonder verplichtingen) hier!   

 

zoeken
zoeken